Voor tvdw nummer 747 (hé dat is ook een vliegtuig) geen grote naam, wel een gewéldige ontdekking. Via via plezieren Kris en Audrey me af en toe met wat vinyl; een gunstige wind uit Kalfort die richting Ruisbroek blaast. Zo belandde deze week twee plaatjes op de draaitafel die me mateloos intrigeerden.
De eerste kwam van een Canadese band Northern Lights, wiens (enige) plaat "Vancouver Dreaming" uitkwam op Natural Resources, het sublabel waarop Motown blanke artiesten tekende. De songs zijn een kruisbestuiving van psychedelische sixties pop en zonnige folk (
think Mamas & the Papas, Carpenters, Beach Boys...). Echt een heerlijke vondst. De leden van Northern Lights verdwenen nadien in de obscuriteit.
Nog enthousiaster werd ik van Tommy Hoehn, een bebaarde man met een qua marketing weinig dankbare achternaam. De cover van zijn "Losing you to sleep"-plaat deed vermoeden dat het om een variant van Rupert Holmes of Andrew Gold zou gaan, mellow seventies pop weet je wel. Niets mis daarmee natuurlijk, maar Hoehn bleek toch eerder te staan voor snedige, catchy, door sixties beademde powerpop; het genre dat een decennium later door zangers als Matthew Sweet, Freedy Johnston, Jules Shear en gitaristen als Peter Buck, Kimberly Rew zou worden omarmd.
Die powerpop connectie blijkt niet toevallig. Hoehn hield zich op binnen de schutkring Big Star, zowat het Amerikaanse prototype van powerpop - het soort van groepje dat destijds nauwelijks een rimpel in het wateroppervlak veroorzaakte maar nadien een schaduw wierp over groepen als REM of The Replacements. "Losing you to sleep" bevat trouwens een song die Hoehn samenschreef met Big Star frontman Alex Chilton, en het album werd opgenomen in de Ardent Studios in Memphis (waar in de seventies ook Led Zeppelin, ZZ Top en de Bar-Kays opnamen). Hoehn stierf in 2010 op amper 55-jarige leeftijd.
Labels: Alex Chilton, Big Star, Northern Lights, Tommy Hoehn